De voorbije twee dagen verblijf ik overdag van 9u tot 17u in mijn "booth". Hier in Tokyo sluiten nog 12 andere mensen van over de hele wereld aan: oa. Nieuw Zeeland, Australië, Argentinië, Verenigd Koninkrijk, Hong Kong, Vietnam. In totaal zijn er 18 kandidaten geselecteerd om mee te doen aan het Tokyo Business meeting gedeelte. Drie dagen lang worden we door de overheidsorganisatie JETRO begeleid op Foodex, de grootste Foodbeurs van Azië. Ook ik heb een Japans ouder mannetje die constant aan mijn zijde verblijft, me af en toe ondersteunt met een opmerking en van al mijn gesprekken notitie neemt. Hij heeft de hele lay out van deze gigantische locatie "Tokyo Big Sight" op voorhand bestudeerd en brengt me over de middag naar alle plaatsen die hij denkt die voor mij interessant kunnen zijn aan een ongelooflijk snel tempo. Op het eerste zich lijken het me veel grote corporaties met enorm commerciële producten, maar hier en daar heb ik voor mijn business meetings toch wel een hidden gem gevonden. Zo is er een familie uit Hyogo die biologische Hojibancha thee maakt die ze bestuiven met verbrand roet van boomstronken uit de regio. Er is ook een man die minder interessante thee verkoopt en vindt dat ik zeker niet aan hem moet kopen, omdat wat ik zoek bij hen niet lekker is. Maar hij vertelt me dat hij 15 jaar in de jungle in Australië gewerkt heeft als gids, daarna diamanten heeft verkocht in Hokkaido en nu dus thee in Shizuoka. Er is ook nog een Chinese man uit Hiroshima die Furikake komt voorstellen. Die spreekt zo goed Japans dat de vrouw die hem begeleid, begint te wenen. Ze is ontroerd omdat twee buitenlanders zo goed de Japanse cultuur en taal begrijpen. Een Japanse man uit Kyoto legt me de herkomst en het gebruik van de pittige Japanse sanchopeper uit, een smaak tussen wasabi en yuzu, zo zeggen ze. Die verkopen ze bevroren en gepekeld, maar niet gedroogd, want dat is niet traditioneel. Een andere Chinees komt me alles vertellen over nori, Ik wist niet dat dit als zaadjes op de bodem van de zee werd geplant en dat er voedzame en minder voedzame nori bestaat. Dat voedzame nori donker van kleur is en minder voedzame licht van kleur is. Nori groeit extreem snel en kan ook enorm veel geld kosten, afhankelijk van de hoeveelheid voedingsstoffen aanwezig. Het blijkt ook een trend dat bouwaannemers een eigen lokaal bedrijfje beginnen. Zo ontmoet ik een bouwaannemer die zijn eigen theemerk heeft gestart met 1 soort biologische thee die hij verhandelt. Die is binnenkort blijkbaar al in België te verkrijgen, dus niet interessant voor mij om te importeren, maar bewonderenswaardig en mooi dat deze uit de hand gelopen hobby's zo'n bijval kennen. Een andere aannemer heeft een unieke methode uitgevonden om gigantische smaakrijke shiitake te kweken. Hij wil ze rauw exporteren, want dit is een unicum op de buitenlandse markt. Ik wil ze proeven en beide Japanners springen recht om de rauwe champignons voor mij snel te gaan klaarmaken. Smaakt umami en de beet is erg knapperig, ik moet “kori kori” horen. Japanse wijn barrel aged sauvignon uit 2020 proef ik ook, maar die is uiteindelijk prijs kwaliteitsgewijs wel te duur om te importeren. Deze middag loop ik even langs het Belgisch paviljoen, of beter gezegd het paviljoen van Wallonie en dat van Vlaanderen, gepositioneerd als twee aparte landen zoals Italië. Daar staan vooral chocolade, aardappel- en koekjes fabrikanten.

Ik ben blij als het avond is en ik even vrij richting Chiyoda mag om een oude bekende mede Japanoloog die al 13 jaar of zo in Tokyo woont te gaan bezoeken. We eten heerlijke tonkatsu en drinken geweldige cocktails. Even ontspannen. Deze avond ga ik naar een networking dinner waar dubbel zoveel personeel van JETRO aanwezig is als deelnemers. We gaan naar een Izakaya met de bus die vlak voor het hotel stopt, erg handig. We eten er karaage, yakitori, tempura van kaas en pompoen en inktvis, sashimi en sla. Ondertussen is het meisje dat voor mij zit na 1 pint al helemaal zat en begint nostalgisch over Europa, haar vriendje en mijn kleren te vertellen. Ik ben toch blij dat ik vroeger moet vertrekken, want het toeval wil dat Joost zijn nicht in het hotel naast mij logeert, en we dus vanavond nog een glas gaan drinken. Het personeel van JETRO, die ik uiteraard deze morgen reeds heb ingelicht hierover, omdat ik blijkbaar toch 1 uur verkeerd was en vroeger zou moeten vertrekken, zoekt voor mijn vertrek het uur van de bus op, en de grote directrice van de afdeling begeleid me persoonlijk tot de bushalte 10 minuten verderop. Ze blijft ook wachten tot de bus aankomt, alvorens ze terug naar het cafe terug gaat. Ik ben wel dankbaar, want ik denk niet dat ik alleen zo snel en handig ter plaatse was geraakt of op de juiste bus was gestapt. Ze vertelt me dat haar man op een ander eiland woont, Shikoku en zij permanent in Tohoku, het noorden van Honshu werkt en werkt. Post corona waar het toegelaten is om deels thuis te werken kan ze wel af en toe eens op vakantie naar haar man. Dan gaat ze fietsen op Shikoku met hem. Wat een leven, ik dacht dat, doordat er bij JETRO heel veel vrouwen werken, de maatschappij van Japan wat veranderd was, maar ik denk dat een getrouwde mama met een carriere toch nog steeds een uitzondering is. Op het vliegtuig was er af en toe een reclamefilmpje over een Japanse zwangere vrouw die een meeting van allemaal mannen leidt en dan komt er een Japanse boodschap dat je "als Japanse vrouw niet bang moet zijn om carriere te maken". (vlak daarna komt er dan een reclame van een man die zegt "ah ik ga sinds lang terug op business trip" en dan springt er een jongere vrouw recht en zeg "senpai, heb je eraan gedacht om wifi mee te nemen" "oh ja, " antwoordt die breed glimlachend en gelukkig "Overal op businesstrip met draagbare wifi"....)

Heel leuk om tot slot nog Belgische familie terug te zien in het naburige Hilton hotel tussen de gure types in de obscure lobby. Wederom blij dat ik nu mijn kussen mag raken.